Bomenpad

Kenmerken:

Kroon:
Breed, rond en dicht, korte stam

Schors:
Grijs met diepe groeven

Blad:
Verspreid, geveerd, veel blaadjes 30-60 cm lang, centrale blaadjes het langst, wortelbladen ongelijk van lengte

Bloemen:
In katjes, mannelijke 5-12 cm, vrouwelijke 10-15 cm maar tot 50 cm indien vruchtdragend, april-mei

Vruchten:
In katjes, groenige noten omgeven door vlinderachtige vleugels

Bloeitijd:
Mei

Vleugelnoot (Pterocarya fraxinifolia)

De nootvruchten van de Pterocarya hebben aan weerszijde een vleugel. Vandaar dat de wetenschappelijke naam is opgebouwd uit de Griekse woorden pteron, dat vleugel betekent en karuon dat noot betekent.

Door de nu nog levende vleugelnoten in Azië en Zuidoost-Europa weten we, dat het Nederlandse klimaat in het Vroeg-Pleistoceen warm en vochtig moet zijn geweest, vergelijkbaar met dat van het Middellandse Zeegebied nu.

De vleugelnoot valt als subtropische boom dus op tussen koudere soorten als eik en iep. Hoewel hij eigenlijk thuishoort in een nog warmer subtropisch klimaat, kon de vleugelnoot zich een lange tijd handhaven in onze bossen.